Tweede plu

14 januari 2018 - Krabi, Thailand

Ook vanmorgen bij het krieken van de dag, ik heb een voor mijn leeftijd niet ongebruikelijke nachtelijke sanitaire pauze, zie ik de eerste zonnestralen tussen de kieren van de houten kamerdeur mijn kamer binnenvallen. Het is een echte houten deur, netjes geschilderd, maar zonder enige vorm van plamuur in de kieren en gaten. Dat is niet zo vreemd aangezien het klein kruipend ongedierte ook recht heeft op het gebruik van de kamer. Door dan de regen en dan de brandende zon op de deur is het hout continu in werking. Dat hij elke dag klemt is geen verassing meer, de verassing is: waar hij klemt. Rond dezelfde deur lijkt het regelmatig op het verlengde van het strand, maar wat wil je als je continu op het strand leeft en er geen water is om je voeten even af te spoelen voor het naar binnengaan. Dientengevolge is het óp bed regelmatig een zandbak en ín bed, tussen de lakens, voelt het aan als schuurpapier. De emmertjes, schepjes en gebaksvormpjes laat ik maar op het strand achter.
Het is even rekenen wanneer ik hier voor het laatst de was laat doen. Misschien kan ik het dan tot thuis uitzingen. De was moet ‘s morgens voor 09:00uur zijn ingeleverd. Met die gegevens breng ik de was op de uitgerekende dag naar het kantoortje, kantoortje dicht. Om 10:00 uur, net voor het ontbijt nogmaals geprobeerd en jawel, het kantoortje is open. De was wordt in ontvangst genomen. Over 09:00uur wordt niet gesproken, morgen klaar.
Tijdens het ontbijt komt er, na later blijkt, een Italiaans koppel aangelopen. Zij hadden de vroege vlucht vanuit Bangkok, maar kunnen nog niet op de kamer. Zij vragen voor de WiFi code, maar WiFi werkt in het restaurant nog niet na het stevige onweer van een paar dagen geleden. Zowel de Italianen als het dienstdoend personeel spreken evenveel Engels. Het is leuk om van een afstandje te zien hoe men elkaar niets, maar dan ook niets duidelijk kan maken. Ied vraagt mij om te vertellen wat er met de WiFi gaande is. De Italiaanse spreekt een beetje Engels, maar hij helemaal niets. Toch raken we wat aan de praat. Ze willen een eilanden tocht gaan maken en ergens ver weg gaan kajakken. Die informatie halen ze uit Lonely Planet. Tou zit ook buiten, ik loop naar hem toe en vraag of je met de boot naar die kajak plek kunt. Hij mengt zich in het gesprek, haalt een kaart op en laat zien dat het eenvoudiger is om naar Thalane te gaan. Daar is het ook erg mooi, goed kajakken en veel dichterbij. Daar blijft het bij en eenieder gaat weer zijn weg.
Lekker van de ochtend genietend zit ik voor de massage veranda na het ontbijt in een luie stoel met mijn slippertjes aan. Vanuit het restaurant wordt ineens geroepen dat ik mee moet naar wat klinkt als Talien. Ik zeg, Talien? Ja, Talien! Ik moet met Beap, de man van Ied, de eigenaresse van het restaurant, achterop de brommer mee naar Talien. Vanwege hun “non” Engels kan niemand me duidelijk maken wat we daar gaan doen. Ik denk Beap moet daar wat regelen of iets bezorgen en vind het gezellig dat ik meega. Waarom ook niet ging door me heen en ik meld dat ik mijn sandalen ga aandoen en wat zonnebrand ga opsmeren. Omdat erover Talien wordt gesproken, bedoelen ze misschien Thalane, het plaatsje waar Tou eerder vanmorgen over sprak, doe ik ook mijn zwembroek en een kleine handdoek in mijn rugzakje.
Ao Thalane, een kleine kustplaats, waarvandaan de ferry na Koh Yao vertrekt, is hemelsbreed 15 km hiervandaan, maar door de nodige zee inhammen en krijtrotsen zo’n 30 km.
Na vijf minuten brommeren we door de provincie Krabi, helaas zonder helm. Afwisselend rijden we langs rubber- en oliepalm plantages, die af en toe onderbroken worden door hoge krijtrotsen. De weg meandert langs deze rotsen waar het door de windstroom en de schaduw aanmerkelijk koeler is. Een paar afslagen naar links en rechts, drie kwartier verder en verhalen over de omgeving van Beap in het voor mij onbegrijpelijke Thais, stoppen we bij een kajak verhuurbedrijf in Thalane.
Beap kan me nog steeds niet duidelijk maken waarom we in Thalane zijn. We drinken wat totdat een kwartier later 2 Schotse broers met een Thaise komen opdagen. Nu wordt het verhaal duidelijk.
De Thaise, getrouwd met een van de Schotten, is stewardess bij Qatar Airways. Zij vliegt regelmatig vanuit Qatar op Krabi. Ze kent Beap en Ied al jaren en zoekt hen op als ze hier een paar dagen vrij heeft. Beap blijkt uit Thalane te komen en heeft daar nog steeds een huis. Hij kent de omgeving als zijn broekzak.
Voor vandaag hebben ze afgesproken om te gaan kajakken, de Thaise en haar man hebben dit al eerder gedaan, maar willen nu hun (schoon)broer ook van het moois laten meegenieten. En daarom zit ik nu ook een Thalane. Ook voor hen is het een verassing dat ik erbij ben.
Met 2 kajaks steken we de baai over en komen terecht in een gebied van krijtrotsen en mangrove bossen. Tussen nauwe doorgangen varen we langs de hoog uit zee torende prachtig begroeide krijtrotsen, waarna het gebied overgaat in mangrove bos, waarin ik op afstand de takken hoor kraken van zich voortbewegende makaken.
Ruim twee uur later en een ervaring rijker, worden we bij het startpunt opgevangen met schalen vol watermeloen en ananas.
Het is rond zonsondergang en het dreigt wat te gaan regenen. Met wat spetters onderweg en ook een klein bezoek aan Beap’s huis zijn we even na donker weer thuis. Later op de avond gaan de hemel schuiven weer open.
De wekker is op tijd, de taxi is op tijd en zo rijden we bij een langzaam opkomende zon over dampende wegen door de tussen de krijtrotsen hangende ochtendnevel. De reis naar het vliegveld duurt 3 kwartier, waar het ook 3 kwartier in de rij staan is, voordat ik mijn rugzak kan afleveren en mijn boardingpass in ontvangst kan nemen. Na vele apologizes vertrekt het vliegtuig weer eens te laat voor een onrustige vlucht. Een druilerig Singapore wacht, waar ik, ondanks het droge seizoen, inmiddels toe ben aan mijn tweede plu.

Foto’s

2 Reacties

  1. Cor:
    14 januari 2018
    Fantastische wat een verhalen verteller schuilt er in jou.
  2. Rob:
    15 januari 2018
    Weer een mooi avontuur. Al dan niet gepland, maar dat zal de pret zeker niet drukken....gok ik zo!